Apple sloot 2011 af met een aandeel van 54,7 procent op de tabletmarkt. Een enorm hoog cijfer als je weet dat er honderden concurrentiemodellen op de markt zijn, verspreid over tientallen fabrikanten. Apple bokst tegen die concurrentie op met slechts één model, de iPad.
De eerste iPad kwam in de loop van 2010 op de markt en ontving onmiddellijk zware kritiek: de tablet werd aanzien als een grote iPhone zonder belfunctie en critici zagen geen brood in deze nichemarkt. Apple veroorzaakte een ware revolutie in de mediawereld. Het duurde niet lang voor vele andere merken volgden met een eigen (Andoid-)tablet. (Waar zijn we dit verhaal nog ooit tegengekomen? Oh ja, met de iPhone!)
Ondertussen zijn we bijna 2 jaar verder en staat de iPad nog altijd aan de top, mede dankzij de iPad 2 die ongeveer een jaar geleden op de markt kwam en beschikte over een nieuwe dual-coreprocessor, een voor- en achtercamera en dit alles gegoten in een nieuw, dunner en lichter jasje. Omdat volgens Apple alles altijd beter kan, stelde het merk op 7 maart de nieuwe iPad 3 voor met Retina display, A5X processor, 5-megapixel iSight camera en 4G. Voor de leken, zie het als een iPad 2 maar dan met een snellere processor, meer werkgeheugen, een scherper beeldscherm, een betere camera en snellere verbindingsmogelijkheden. In één woord: superieur.
Klinkt allemaal erg veelbelovend, maar is het dat ook? Het antwoord lees je in onze uitgebreide review van de iPad 3.